Gepubliceerd, maart 2018
Het is bijna vijf uur, de eerste gasten kunnen zo binnenkomen. Aya Shikh Suleiman herschikt de placemats, borden en het bestek nog eens. Keurend bekijkt ze de andere tafels, wat haar betreft is het zo in orde. Ze heeft het er maar druk mee. Deze 16-jarige Veghelse met Syrische roots volgt de VMBO-t opleiding aan het ROC in Oss, daarnaast werkt ze op woensdag, donderdag en vrijdag in de bediening van het Huis van Damascus. “In het begin werkte ik hier elke avond, maar dat werd te veel,” vertelt ze. “Voordat het restaurant opende heb ik hier geschilderd en de decoraties gemaakt, nu werk ik in de bediening.” Het is haar eerste vrijwilligersbaan in Nederland en ze geniet ervan. “Ik wilde heel graag naast mijn school nog iets doen, en dit is echt leuk. Je ontmoet zoveel mensen, elke dag is anders.” Hoe leuk ze het ook vindt, toch ziet Aya zichzelf later niet in een restaurant werken. “Ik wil dokter worden. Nu ga ik naar het VMBO-t omdat ik pas twee jaar in Nederland ben en de taal en zo nog moet leren”, vertelt ze in keurig Nederlands, “maar hierna ga ik naar de HAVO en het VWO en daarna naar de universiteit”. Ze heeft het al helemaal uitgestippeld.
“Natuurlijk leer ik hier ook veel. Jullie tafelmanieren zijn soms wat anders dan bij ons. En ik leer allerlei nieuwe woorden die met eten en drinken te maken hebben. Soms gaat er ook wel eens iets mis, gelukkig maar kleine dingetjes. Dan laat ik iets vallen of zo. Maar de gasten vinden dat niet erg, ze weten dat wij ons best doen.” Gastvrijheid zit er bij Aya ingebakken en het kost haar geen moeite om te bedenken wat ze het leukste vindt aan dit werk: “Ik wil mensen blij maken. Ze hebben het hier gezellig en aan het einde van de avond gaan ze weg met een grote lach. Als half april het restaurant weer sluit, hoop ik dat er een ander project komt waar ik ook zo met mensen kan werken.”
Aya werkt hier samen met haar oudere zus Esra. “Onze ouders zijn heel blij dat we hier werken. Ze zijn er nog niet geweest, hebben alleen foto’s gezien. Maar binnenkort komen ze hier eten en dan mogen wij hen bedienen. En morgen ben ik hier zelf als gast, dan ga ik met mijn zus en twee vriendinnen hier eten.”
Ze had nooit verwacht dat het restaurant elke dag zó vol zou zijn. “Toch vind ik die drukte niet erg. Soms komen de eerste mensen pas om 18:00 of 18:30 en dan sta ik hier werkloos te wachten. Dat is niks voor mij, ik steek liever de handen uit de mouwen.”